Home News Forum Look/Listen Samplesets Compare Requirements Pictures Links Downloads About us

 

 

Content
















































First Previous 1732 Next Last
Google

1732 Andreas-Silbermann, Abteikirche St. Maurice, Ebersmunster, France









  Organ Art Media

Site of Sampleset producer about this Sampleset




48 kHz, 24-bit, stereo, multiple release samples, separate samples with Tremulant
16-bit (with default memory reduction adjustments): 3600 MB MB RAM
29/3+P (stops / keyboards)
License: Not allowed to use it in church, ask permission for publishing recordings.
Released in: 11-2011


Our forum: 1732 Silbermann, Ebersmunster
On Hauptwerk forum: Preview: 1732 Silbermann, Ebersmunster
On Hauptwerk forum: Silbermann, Ebermunster

Mp3 examples others:
- Organ Art Media.
- Contrebombarde.com
 





Impression of Dick Sanderman:
De monumentale abdijkerk van Ebersmünster (Elzas) herbergt een waardevol orgel van Andreas Silbermann, gebouwd in 1732. De orgelbouwfamilie Silbermann bestond uit de broers Gottfried en Andreas, en daarna Johann Andreas, de zoon van Andreas. Gottfried werkte vooral in Sachsen (bekende orgels zijn die in Freiberg, Dresden en Rötha, terwijl Andreas zuidelijker werkte, o.a. in Straatsburg, Marmoutier en Colmar. Het orgel in Arlesheim is nagenoeg ongewijzigd bewaard gebleven. Het heeft 29 stemmen op 3 manualen (waarvan het bovenste een discantklavier is) en pedaal. In tegenstelling tot het Franse klassieke orgel heeft het orgel van Ebersmünster een pedaalomvang van twee octaven en bezit het ook 16’ registers. In vergelijking met oudere Silbermann-orgels zijn de mensuren in Ebersmünster relatief wijd. Dat vertaalt zich in een milde, lieflijke klank voor de fluiten en prestanten. Tongwerken en cornets zijn echter nog even vurig als in de Franse barok. Volgens Prof. Helmut Mayer van Organ Art Media heeft Andreas Silbermann hier een Frans barokorgel gecreëerd met een Zuidduits accent, waardoor het niet alleen geschikt is voor Franse barokmuziek, maar ook voor (barok)muziek uit andere Europese tradities. Wijlen Ewald Kooiman bijvoorbeeld had een voorliefde voor dit orgeltype: in zijn eerste Bach-integrale gebruikte hij Arlesheim, in z’n laatste Ebersmünster. Op Youtube is een filmpje te vinden waarop Kooiman Bach speelt in Ebersmünster:

Inderdaad staat het orgel van Ebersmünster nog duidelijk in de Franse barokke traditie. Je kunt er een klassiek Plein Jeu maken (een prestantenplenum met mixturen), een Grand Jeu (met tongwerken en cornets), alle compositievormen die zo typerend zijn voor de Franse barok en die vragen om specifieke registratiepatronen, laten zich perfect uitvoeren, inclusief de echo’s die op het derde manuaal gespeeld worden: een discantklavier met een permanent sprekende achtvoet en een registreerdbare Prestant 4, Cornet en Trompette. Dankzij de weelderige akoestiek van de kerk (5 ½ seconde!) klinkt het allemaal erg prettig en moet je zelfs oppassen dat de klank niet dichtslibt: een gearticuleerde speelwijze is méér dan nodig. Organ Art Media heeft alle registers ook met tremulant opgenomen - en o, wat is dat mooi!

Het orgel heeft een heel milde ongelijkzwevende stemming, de toonhoogte is -zoals in die tijd in Frankrijk gebruikelijk- laag: a=392. In Hauptwerk zijn aanpassingen in stemming en toonhoogte natuurlijk geen enkel probleem, maar voor de geluidsvoorbeelden heb ik de originele stemming en toonhoogte gebruikt. De manuaalomvang is origineel 4 octaven en de pedaalomvang 2 octaven, C tot c. In de extended versie lopen pedaal en manualen tot d en gaat de Bombarde van het pedaal (die in ’t echt slechts tot f loopt) over de volledige omvang van het pedaal. Hoe ga je nou met zo´n orgel om? Neem je je eigen stapeltje muziek als uitgangspunt, dan wordt de vraag dus "Dit is mijn repertoire: hoe gedraagt dit orgel zich als ik er mijn muziek op speel?" Neem je het orgel als uitgangspunt, dan wordt de vraag: "Welke muziek moet ik spelen -en hoe moet ik die registreren- om dit orgel optimaal tot z’n recht te laten komen?". In het eerste geval loop je bij een orgel als Ebersmünster ongetwijfeld tegen beperkingen aan, tegen zaken die jij van een orgel verwacht en die niet aanwezig blijken te zijn. Geen strijkers, geen enkele viervoets fluit, geen zwelkast, zelfs in de extedended versie nog maar een beperkte klavieromvang. Nee, een Silbermann uit 1732 is geen universeel orgel waarop je "alles" kunt spelen. Maar kies je de andere benadering, laat je het orgel vertellen hoe het behandeld wil worden, dan opent dat misschien wel verrassende perspectieven. Dan ga je misschien wel muziek instuderen die je nog nooit op de lessenaar hebt gehad - gewoon omdat het op deze Silbermann zo geweldig mooi klinkt! Is het zo erg dat het orgel geen fluit 4’ heeft? De prestanten zijn dermate mild en rond van klank dat je iets wat gewoonlijk met fluiten 8’ en 4’ registreert hier best met de Montre 8’ of (een octaaf lager) met de Prestant 4’ zou kunnen spelen.

Bij mijn bespreking van de sampleset Saint Maximin heb ik iets geschreven over de registratieprincipes op het klassiek Franse orgel. Om u het zoeken te besparen, kopieer ik dat hieronder nogmaals:

Belangrijk is om te beginnen dat de Fransen niet één maar twee soorten plenum kenden: het tongwerkenplenum (Grand Jeu) en het mixturenplenum (Plein Jeu). Het Grand Jeu is het krachtigste plenum, vurig en extravert. Tongwerken en Cornets bepalen de klank, andere registers komen er nauwelijks aan te pas. Het Plein Jeu omvat het volledige prestantenkoor tot en met de mixturen (Fourniture, Cymbale). Omdat de prestanten mild van klank zijn, klinkt deze plenumvorm voornaam en deftig. In de Franse traditie trekt men tongwerken en mixturen niet samen! De aard van de windvoorziening brengt met zich mee dat men echt zo weinig mogelijk registers moet trekken, anders komt het orgel in ademnood. Alles wat niet echt nodig is (maar wel wind verbruikt) moet dicht blijven!

De Cornet heeft in de Hollandse traditie een functie als uitkomende stem, om een onbekende melodie duidelijk aan de zingende gemeente te laten horen. In Frankrijk dient de Cornet van het hoofdwerk vooral om de discant van de tongwerken te helpen: bij tongwerken neemt de sterkte altijd af naarmate de toon hoger wordt, en in de hoogste regionen helpt de Cornet dan om het evenwicht te herstellen. De andere manualen hebben meestal ook een Cornet, en deze zijn dan vooral bestemd voor levendige solo’s en hun echo’s.

Op het klassieke Franse orgel worden de voetmaten vaak niet aangegeven: dat was niet nodig omdat de registernaam en de voetmaat bij elkaar hoorden. Een Prestant is 4', want de prestant 8' heet Montre en de prestant 2' heet Doublette. Een Trompette is 8', want de trompet 4' heet Clairon en de trompet 16' heet Bombarde. Enzovoort.

Een paar veel voorkomende compositievormen met hun registraties:
  • Plein Jeu: prestantenplenum tot en met Fourniture en Cymbale van de gekoppelde klavieren; (soms wordt een gregoriaanse cantus firmus op tenorhoogte in het pedaal gespeeld: dat gebeurt dan met de trompetten 8' en 4').
  • Dialogue sur les Grand Jeux: Trompette, Clairon, Cornet, Prestant, eventueel Bourdon of Montre van de gekoppelde klavieren.
  • Fugue: meestal op een tongwerk, Cromorne of Trompette.
  • Flutes: Bourdon, eventueel Flute, eventueel tremulant (in langzame stukken met weinig versieringen).
  • Duo: vaak met in beide handen een tertsencombinatie, links op 16' basis (dus op het hoofdwerk met Grosse Quinte en Grosse Tierce) en rechts op 8' basis op het positif).
  • Basse de Trompette: rechterhand op positif met 8' en 4', linkerhand op hoofdwerk met Trompette (en Prestant, en eventueel Bourdon).
  • Cromorne en taille (en taille betekent: in het midden van het klavier gespeeld): grondstemmen (16' en) 8' op het hoofdwerk, Cromorne (met fluiten 8' en 4', eventueel ook Nasard) op het positif; als manuaal zonder 16' wordt gespeeld hoeft in het pedaal ook geen 16'. Het klassieke Franse orgel heeft vaak geen 16' op het pedaal! [Zoals gezegd, onderscheidt Ebersmünster zich op dit punt van het klassieke Franse orgel.]
  • Tierce en taille: rechterhand grondstemmen (16' en) 8', linkerhand tertsregistratie, pedaal 8' en eventueel 16'.
Ik heb gepoogd een programma samen te stellen waarin juist deze specifieke registraties worden gebruikt. U hoort ze in de Magnificat-suite van Dandrieu en in de delen uit het Livre d’ Orgue van Dornel. De echofunctie van het derde manuaal komt mooi tot z’n recht in het Spaanse Cancion. Enkele Bachkoralen laten de prachtige solostemmen horen, vaak met tremulant. Een interessante componist is Georg Muffat, geboren in de Elzas, opgeleid in Parijs, werkzaam in Oostenrijk en uiteindelijk in Zuid-Duitsland. In zijn "Apparatus Musico-Organistus" schrijft hij dat hij de Italiaanse, Franse en Duitse muziekstijlen heeft willen samenvoegen tot iets nieuws: dan zou zijn muziek ook prima moeten passen op een orgel dat Franse en Zuidduitse invloeden in zich verenigt. Curieus zijn de beide stukjes van Quirici, Italiaanse kerkmuziek uit de 19e eeuw. Silbermann bouwde geen trommels en klokkenspelen in zijn orgels, zoals Serassi dat later wel deed - maar als ze aanwezig waren geweest, zou ik ze zeker gebruikt hebben in deze vrolijke muziek. Dat ’t kérkmuziek is geweest, kunnen wij moeilijk voorstellen, maar ’t was toch echt zo. Joseph Nicolaus Torner was organist van de Dom in Trier. In zijn Elevatio hoort u de Montre 8’ met tremulant als solo. Tot slot heb ik enkele psalmvoorspelen en -koralen opgenomen, afkomstig uit mijn bundel Psalmen 7, die recent verscheen bij Uitgeverij Willemsen. Zo wordt duidelijk dat je op de sampleset Ebersmünster ook muziek van later datum kunt spelen.

Het zal duidelijk zijn: ik ben erg enthousiast over de klank van de sampleset Ebersmünster. Organ Art Media kondigt voor 2012 de verschijning aan van de set Arlesheim, een orgel van Johann Andreas Silbermann (1761). Dat orgel is nog iets groter, heeft meer pedaalregisters en een iets uitgebreider Récit. Wachten op Arlesheim of nu alvast Ebersmünster aanschaffen? Die keuze laat ik graag aan u over.
Dick Sanderman, oktober 2011

Mp3 examples, played by Dick Sanderman:
JW Player goes here


Below a few Mp3 examples of Organ Art, a lot more on: Organ Art: Demos Ebersmunster.
 Played by Anton Doornhein:
JW Player goes here













Grotere kaart weergeven

 

Copyright (c) 2008 PCorgan.com. All rights reserved. Mail: info@PCorgan.com